21 aanvallen met chemische wapens op één dag

  • Zuid-Koerdistan

De oorlog van Turkije tegen de vrijheidstrijders in de bergen van de Koerdische Autonome Regio (Iraaks-Koerdistan), duurt voort. Het Turkse leger viel maandag 21 keer guerrillaposities in de Zap-regio van Zuid-Koerdistan aan met chemische wapens, twee keer met verboden bommen, vier keer met aanvalshelikopters en tientallen keren met houwitsers, tanks en zware wapens. Dat blijkt uit het dagelijkse overzicht van de Volksverdedigingskrachten (HPG) over de oorlog in Koerdistan.

De aangevallen posities bevinden zich in Çemço en nabij het dorp Sîda in de gemeente Şîladizê en staan ​​sinds de gedeeltelijke terugtrekking van het Turkse leger uit de Zap-regio in december in het middelpunt van de belangstelling van de bezetter. Het gebied is van strategisch belang en de guerrilla’s van HPG en YJA Star bieden hevig verzet. In Çemço werd op 16 januari een soldaat gedood bij een aanval door een mobiel guerrillateam met een zwaar wapen. Ook in de buurt van Sîda vielen guerrillastrijders een Turkse ploeg aan met zware wapens.

Zoals gemeld door het HPG-perscentrum, werden maandag- en dinsdagochtend ook de verzetsgebieden van Girê FM en Girê Cûdî beschoten met Turkse artilleriegranaten.