- Oost-Koerdistan
Volgens een bericht van Kolbernews hebben Iraanse staatstroepen gisteren het vuur geopend op een groep Koerdische kolbars in Hewraman, Oost-Koerdistan. Bij de aanval raakten 4 kolbars gewond.
Er werd verklaard dat de gezondheidstoestand van de gewonde kolbars, die afkomstig zijn uit Merîwan, Bane en Sine, ernstig was.
Oost-Koerdistan is door de jaren heen steeds dieper in armoede gedaald door bewust beleid van het Iraanse regime en is een van de armste regio’s van Iran. Vergeleken met andere regio’s is er in dit gebied aanzienlijk minder geïnvesteerd en is de ontwikkeling bewust aan banden gelegd. Landbouw en industrie mochten zich niet ontwikkelen en als gevolg daarvan steeg de werkloosheid tot de hoogste in Iran.
Geconfronteerd met een beleid van discriminatie, onderdrukking en verarming, is het smokkelen van goederen geen keuze maar een must om te overleven.
Kolbar komt van de Koerdische woorden “kol” (rug) en “bar” (last). Kolbars verdienen hun brood met het dragen van ladingen langs de gevaarlijke grenslijn. Hun ladingen bestaan uit sigaretten, mobiele telefoons, kleding, huishoudelijke artikelen, thee en bij hoge uitzondering alcohol. Ze lopen door gevaarlijk terrein om deze handel tussen Zuid- en Oost-Koerdistan voort te zetten. De goederen die ze brengen worden tegen hoge prijzen verkocht in Teheran, maar de kolbars die er hun leven voor riskeren worden zeer bescheiden betaald.
De tussenpersonen die de leveringen aannemen en kopers vinden in de steden worden kasibkars genoemd.
Kolbars en kasibkars variëren van 13 tot 70 jaar oud. Sommigen hebben alleen de lagere school afgemaakt, anderen zijn universitair geschoold. Ze dragen ladingen, omdat ze geen ander werk kunnen vinden. In de afgelopen 5 jaar zijn ongeveer 300 kolbars en kasibkars in koelen bloede vermoord. Er zijn geen absolute statistieken beschikbaar over de sterfgevallen.