Artilleriegranaten op dorpen in Şêrawa

  • Rojava/Noord-en Oost-

Na dagen van kalmte nemen de aanvallen van de Turkse bezetter en hun jihadistische bondgenoten tegen de autonome regio Noord- en Oost-Syrië weer toe. Nadat vrijdag een strijder van de Volksbeschermingseenheden (YPG) werd gedood bij een drone-aanval door het Turkse NAVO-leger in Qamishlo, is de regio Afrin nu het doelwit van de agressors. Vanuit het voormalige kanton wordt artillerievuur gemeld op twee Koerdische dorpen in het district Şêrawa. De door de beschietingen getroffen steden zijn Eqîbê (ook Aqibe) en Bênê, ongeveer twintig kilometer ten zuidoosten van centraal Afrin.

Volgens persbureau ANHA begonnen de bombardementen op de dorpen zaterdagnacht rond 02.50 uur lokale tijd en gingen ononderbroken door tot in de ochtenduren. Binnen een paar uur werden meer dan 200 artilleriegranaten afgevuurd op Eqîbê en Bênê en het omliggende gebied, en er zijn momenteel sporadische inslagen. Het was aanvankelijk onduidelijk of er gewonden vielen. Het bombardement zou echter enorme materiële schade hebben aangericht. De projectielen, granaten van mortieren en houwitsers, werden afgevuurd in de Turkse bezettingszone.

Strategische positie van Şêrawa

Het district Sherawa ligt in het zuidoosten van Afrin en is niet volledig bezet. De regio neemt een strategische positie in in de plannen van Turkije om zijn illegale bezettingszone in Syrië uit te breiden, aangezien Sherawa grenst aan Shehba Canton en Afrin verbindt met Tel Rifat. Als de Turkse staat opnieuw een invasie lanceert in de autonome regio’s van Noord- en Oost-Syrië, zoals Ankara sinds vorig jaar dreigt, moet eerst Tel Rifat worden aangevallen. De geheime oorlog van Turkije tegen de regio is vrijwel ononderbroken doorgegaan sinds de bezetting van Afrin. Het Violations Documentation Centre in Rojava stelt in zijn rapport van maart dat er in de voorgaande maand 18 aanvallen op zes dorpen in Şêrawa en Şehba zijn uitgevoerd. Dit waren Gundê Mezin, Xirab Şems, Birc Qas, Meyasê, Merenaz en Eyn Deqnê.

Afrin bezet sinds 2018

Tot een paar jaar geleden was Afrin zelfbestuur volgens het kantonprincipe van Rojava. Sinds 18 maart 2018 is de regio bezet door het Turkse leger en islamitische milities. In Afrin is een terreurregime gevestigd onder bezettingstroepen: bombardementen op civiele nederzettingen bepalen het dagelijkse leven in wat eens de veiligste regio van heel Syrië was; Ontvoeringen, executies, martelingen, plunderingen en verdrijvingen behoren tot de dagelijkse bezigheden van de huurlingen van de bezettende macht. Het grootste deel van de Koerdische bevolking werd verdreven en vervangen door Turks-loyale kolonisten.