Bosbranden na artillerieaanvallen op Manbij

Als gevolg van gerichte bombardementen door bezettingstroepen staat er opnieuw landbouwgrond in brand in Minbic. Volgens de militaire raad voor de stad in het noorden van Syrië staat landbouwgrond in minstens acht dorpen in brand. Brandweereenheden en de civiele verdedigings- en rampenbestrijdingsdiensten hebben geprobeerd de branden te blussen. Door aanhoudende aanvallen en ongunstige windomstandigheden waren blusmaatregelen echter nauwelijks mogelijk.

Volgens de militaire raad van Minbic waren de aanvallen gericht op woongebieden in het noorden en noordwesten van de stad en dus op dorpen aan de rand van de contactlijn tussen het Democratisch Autonoom Bestuur in de regio Noord- en Oost-Syrië (DAANES) en de bezettingszone van het Turkse leger en zijn jihadistische hulptroepen. De militaire raad telde minstens 95 mortiergranaten die de dorpen op zondagmiddag troffen. Het gaat om Mahsanli (ook Al-Mohsenli), Saydiyah (Al-Sayada), Korhyuk, Qart Wiran, Qawukli (Al-Kavakli), Umm al-Julud, Awn al-Dadat en Tokhar Saghir (Kleine Tokhar).

Sinds de bezetting van Serêkaniyê (Ras al-Ain) en Girê Spî (Tall Abyad) in de herfst van 2019 zijn er regelmatig aanvallen geweest in het gebied rond Minbic als onderdeel van een “oorlog met lage intensiteit”, voornamelijk door huurlingen van de door Turkije opgerichte militieorganisatie “Syrisch Nationaal Leger” (SNA). Sinds Minbic door de Turkse regeringsleider Erdoğan werd aangewezen als het belangrijkste doelwit voor een nieuwe invasie in het noorden en oosten van Syrië, duren de fases van zeer intensieve aanvallen steeds langer. Bovendien zorgen de warmere temperaturen ervoor dat stukken landbouwgrond in brand worden gestoken.

Vuur als wapen

In Koerdistan – of het nu in het noorden, zuiden of westen is – woeden al jaren verwoestende bosbranden, net op tijd voor het begin van het militaire brandseizoen. Zodra de voorjaarsregens de grond voor de laatste keer hebben doordrenkt, worden bos- en landbouwgebieden het slachtoffer van vlammen die door artillerie worden aangestoken. Dit zijn opzettelijke brandstichtingen door het leger van de NAVO-staat Turkije en/of zijn islamistische handlangers. Onder het voorwendsel van “militaire operaties”, “verboden gebieden” of “grensbescherming” steken de soldaten en huurlingen systematisch branden aan of steken ze gebieden in brand. Het doel is om de regio in kwestie te ontvolken door de natuur te vernietigen. Minbic is bijzonder getroffen door deze politiek van verschroeide aarde. Al wekenlang worden er bijna dagelijks velden in brand gestoken. Gisteren werden drie burgers aangevallen en licht gewond toen ze aan het werk waren op de velden in Tokhar. Onder hen was een 14-jarige jongen.

Bron: ANF