Escalerende onderdrukking van Koerden in Frankrijk besproken in Parijs

  • Frankrijk

De Coördinatie voor Nationale Solidariteit met Koerdistan (Coordination nationale Solidarité Kurdistan-CNSK) organiseerde een conferentie in Parijs met gerenommeerde sprekers als de Franse advocaten Christian Charrière Bournazel, David Andic, Antoine Comte en Jean-Louis Malterre, maar ook de Belgische advocaat Jan Fermon, het Parijse gemeenteraadslid Geneviève Garrigos en de academicus Pascal Torre.

In zijn inleidende toespraak stelde Christian Charrière Bournazel, voormalig voorzitter van de Parijse orde van advocaten, dat de arrestatie en deportatie van Koerden in Frankrijk veroordeeld moet worden en benadrukte dat dit gezien wordt als een uitbreiding van de Turkse onderdrukking naar Frans grondgebied.

‘Gültekin werd als een pakketje overhandigd aan de Turkse inlichtingendienst’

Advocaat David Andic nam het woord om de zaak van Serhat Gültekin, een Koerdische activist die afgelopen april werd uitgezet naar Turkije, toe te lichten en veroordeelde wat hij “verkapte uitlevering” noemde.

Andic merkte op dat Gültekin werd uitgezet ondanks herhaalde waarschuwingen over het risico van arrestatie in Turkije en benadrukte dat de manier waarop Gültekin werd uitgezet “ontvoering” was. Advocaat Andic voegde eraan toe dat de activist lijdt aan een ernstige ziekte, het Marfan syndroom, en zei: “Zijn handen werden vastgebonden en hij werd geslagen om te voorkomen dat hij zich zou verzetten. Dit alles gebeurde in het geheim, wat laat zien dat we niet langer een rechtsstaat zijn. Serhat werd als een kartonnen doos vervoerd en als een pakketje overhandigd aan de Turkse inlichtingendienst die op hem wachtte op het tarmac van het vliegveld van Istanbul.”

Andic concludeerde: “Dit is een duidelijke schending van artikel 3 van het EVRM, om nog maar te zwijgen van een schending van het beginsel van non-refoulement”.

Intimidatiemaatregelen

Advocaat Jean-Louis Malterre verwees naar de maatregelen van de Franse autoriteiten om de tegoeden van Koerdische activisten te bevriezen en beschreef deze als “intimidatiemaatregelen”. “Vluchtelingenstatus is niet langer de bescherming die bedoeld is in de Conventie van Genève,” zei Malterre, die ook de kwestie van het intrekken van de vluchtelingenstatus aan de orde stelde.

Internationaal recht ondermijnd sinds 2001

Geneviève Garrigos, gemeenteraadslid in Parijs en voormalig hoofd van Amnesty International, wees erop dat het internationaal recht sinds 2001 is ondermijnd. “Dit was ook het moment waarop de PKK, net als veel andere oppositie- of minderheidsorganisaties, als terroristische organisatie werd bestempeld.”

Garrigos vervolgde: “Het etiket terrorist maakt het mogelijk om nationale en internationale wetgeving te omzeilen. Het is roekeloos toegepast in Koerdische zaken. Aan de andere kant, wanneer een terroristische aanval wordt uitgevoerd tegen Koerdische activisten (het bloedbad op 9 januari 2013), wordt een beroep gedaan op het defensiegeheim. De moorden in 2022 konden alleen maar van tevoren gepland zijn. We begrijpen niet hoe dit niet wordt geclassificeerd als terrorisme.”

De mensenrechtenverdediger stelde ook dat het principe van non-refoulement wordt geschonden wanneer het etiket terrorist wordt opgeplakt, en concludeerde: “Toen ISIS opkwam, vierde iedereen het Koerdische verzet. Vandaag kunnen we geen gerechtigheid brengen voor de drie Koerdische activisten die in Parijs werden gedood. Een gemeenschap die vecht voor haar rechten wordt lastiggevallen. Ik schaam me voor deze dubbele standaard.”

’50 Koerdische activisten hebben hun status ingetrokken’

Academicus Pascal Torre evalueerde de opsluitingen en arrestaties van Koerdische activisten in Frankrijk: “In tien jaar tijd is de duur van de detentie van Koerdische activisten toegenomen van 6 maanden tot 2 jaar. We zien een toename in het bevriezen van tegoeden voor acties zoals het bijwonen van een demonstratie of een ontmoeting met gekozen vertegenwoordigers. Naar schatting is van 50 Koerdische activisten de status ingetrokken.”

Pascal Torre voegde er het volgende aan toe: “De Koerden worden in het Midden-Oosten gezien als helden en hier als terroristen. De strijd tegen het terrorisme kan niet gevoerd worden zonder bepaalde redeneringen. Het bestempelen van de PKK als ‘terroristische organisatie’ dient om Koerdische activisten te criminaliseren. Door de PKK op de lijst van terroristische organisaties te houden, wordt elke toekomstige dialoog verhinderd, ook al is de PKK een van de stabiliserende krachten in de regio. Het betekent dat Turkije zijn agenda aan Europa kan opleggen.”

“In een tijd waarin Erdoğan verzwakt is en het Midden-Oosten in brand staat, moet Frankrijk zijn bekrompen beleid loslaten. We roepen op tot een fundamentele beleidswijziging en de bescherming van de Koerden in het land.”

De Belgische advocaat Jan Fermon hield een presentatie onder de titel “Frankrijk exporteert repressie naar België” en vestigde de aandacht op de recente invallen bij Koerdische mediaorganisaties in België.

“Dit is een nieuwe episode in een reeks die al sinds 1996 aan de gang is,” zei advocaat Fermon over de invallen bij Koerdische televisiezenders in België op 23 april.

De advocaat merkte op dat Koerdische tv-zenders in België sinds 1996 juridisch worden aangevallen vanwege samenwerkingsovereenkomsten met Turkije.

In 2020 oordeelde het Belgische Hof van Cassatie dat de PKK geen terroristische organisatie is omdat het oorlogsrecht voorrang heeft op het nationale recht, zei Fermon en voegde eraan toe: “Op 23 april 2024 werden naar aanleiding van een rechtshulpverzoek van Frankrijk de lokalen van Koerdische televisiezenders in België doorzocht. Daarbij heeft de Franse rechter de beslissing van het Belgische Hooggerechtshof genegeerd. Hij voert een onderzoek naar een activiteit die in België niet strafbaar is.”

‘Grondrechten worden opgeofferd in naam van diplomatie’

Antoine Comte hield de laatste toespraak van de conferentie en hekelde het cynisme van de Europese justitie. “De Franse rechter komt tussenbeide in België in ruil voor informatie van Turkije over ISIS. Grondrechten worden opgeofferd in naam van de diplomatie.”