Het Syrië-beleid van de VS en de Koerden

 

Voor de strijd die al bijna veertig jaar gaande is in Noord Koerdistan waren Syrië en Libanon in het verleden gebieden van cruciaal belang, maar na de ontwikkelingen in Rojava in het laatste decennium is deze regio nog belangrijker geworden. Voor het eerst in het hele Midden-Oosten is een regio een democratisch transformatieproces van onderop ingegaan met een eigen interne dynamiek.

De burgerlijke moderniseringsbewegingen, voorheen geïnitieerd door een zeer kleine bureaucratische elite, konden in geen enkel land in het Midden-Oosten een voldoende sterke basis leggen. Integendeel, ze veroorzaakten een grote verdeeldheid in de samenleving. Het kemalisme in Turkije en de Baathistische regimes in verschillende Arabische landen zijn hiervan de beste voorbeelden. Al deze landen kennen al meer dan een eeuw interne conflicten, soms gewelddadig, soms met een lage intensiteit.

De landen in de regio zijn verdeeld als verschillende departementen, die elk in hun eigen wereld leven en grote wrok koesteren tegen de rest van de samenleving. Daar is een heel eenvoudige reden voor: vanaf het begin hebben de regeringen, vooral in Turkije, de rest van de samenleving gemarginaliseerd om hun eigen aanhang te consolideren. In die jaren waren de gemarginaliseerden van deze regeringen vermeende “reactionairen en separatisten”. De Turkse staat had zich militair/politiek en economisch zo georganiseerd dat deze kringen omsingeld en geneutraliseerd konden worden. Met de invloed van de VS tijdens de Koude Oorlog werden de islamisten echter geleidelijk zichtbaarder in het openbare leven en in de staat. Vanaf de eerste dag van zijn oprichting sloot de Turkse staat alle niet-Turkse etnische identiteiten, vooral de Koerden, uit van het staats- en sociale leven. Er is veel veranderd in het staats- en sociale leven in Turkije, maar de gemeenschappelijke anti-Koerdische houding van alle delen van de staat is niet veranderd. De natiestaat is door de heersende elite in Turkije veranderd in een soort zwart gat. Natuurkundigen definiëren een zwart gat als een absolute entiteit, een soort verdwijning, een plek waar alles ophoudt. Het kader dat Turkije al honderd jaar regeert, is geen millimeter afgeweken van deze politieke bijziendheid.

Van de stichtende kaders van de republiek tot Erdoğan, de enige constante is het aandringen op het definiëren van de staat als Turks en soennitisch in absolute eenheid. Om zich veilig te voelen, legt de Turkse staat deze primitieve benadering op aan alle volkeren in de regio. Volgens een soortgelijk model zouden Syrië en Irak uitsluitend Arabisch moeten zijn en als er een minderheid in deze landen moet zijn, dan zou dat de Turkse minderheid moeten zijn! Maar die tijd is voorbij; of ze het leuk vinden of niet, de geest is uit de fles. Alle andere volkeren, vooral de Koerden, zullen nooit terugkeren naar de vernederende praktijken uit het verleden. Ze zullen niet aarzelen om alles te doen wat nodig is. Aan de andere kant heeft de regio een zeer belangrijke positie in de wereldpolitiek. Alle andere belangrijke machten in de wereld, vooral de VS, willen meer invloed krijgen in de regio. Deze situatie biedt belangrijke kansen voor de ontwikkeling van democratie in de regio en Koerdische vrijheid, maar brengt ook ernstige risico’s met zich mee. De IS was zeker belangrijk voor het beleid van de VS in de regio, maar tegenwoordig is Iran belangrijker dan de IS. De VS willen vooral de Iraanse invloed in de regio minimaliseren. Een van de eerste en belangrijkste stappen is de liquidatie van het Syrische regime, de oudste bondgenoot van Iran in de regio. Iran daarentegen wil het Assad-regime in leven houden; als het Assad-regime overleeft, wordt de Iraanse invloed in deze regio permanent. Op de lange termijn zou dit de veiligheid van Israël in gevaar brengen en de weg vrijmaken voor China en Rusland om via Iran meer invloed in de regio te krijgen.

De VS kunnen Iran in de regio niet in evenwicht brengen via Turkije, integendeel, de invloed van Turkije zal Iran nog meer versterken. Want de bendes waarmee Turkije samenwerkt kunnen de invloed van Iran in de regio ideologisch niet verminderen, maar juist nog versterken. De enige macht waar de VS momenteel op kan vertrouwen in de regio zijn daarom de Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) en de YPG. Het liquideren van deze strijdkrachten zou de invloed van Iran en de jihadistische structuren vergroten, wat een volledige vernietiging van het Amerikaanse beleid in de regio zou betekenen.

Deze situatie opent een grote politieke ruimte voor de democratische krachten in de regio; de SDF en de YPG werken samen met de VS, maar voeren geen beleid dat is gebaseerd op vijandigheid tegenover anderen dan IS en de bendes die met Turkije zijn geallieerd. De SDF nemen bijvoorbeeld geen standpunt in dat expliciet gericht is tegen Iran of het Assad-regime, maar staan open voor een vreedzame oplossing van het conflict door middel van onderhandelingen.

Op dit moment is de VS vriend noch vijand van de SDF, net als Iran en het Assad-regime. Hetzelfde geldt voor de VS; beide partijen proberen elkaars voordelen te maximaliseren, wat een basisprincipe is van de internationale politiek.

De Koerden zijn nu gesprekspartners voor alle ontwikkelingen die in de regio hebben plaatsgevonden en nog zullen plaatsvinden. Ondertussen moeten alle machten die berekeningen maken in de regio rekening houden met de Koerden. Het aandringen van de VS op betrekkingen met de Koerden toont aan dat de Amerikanen deze realiteit erkennen.

Bron: De column van Cafer Tar verscheen in het Turks in Yeni Özgür Politika op 21.08.2023.