Het Kurdistan Human Rights Network (KHRN) heeft gemeld dat een groep kolbars in de bergachtige gebieden van het dorp Bitush in Sardasht het doelwit was van grenswachten, wat resulteerde in de dood van Mehrdad Abdollahzadeh, een 20-jarige kolbar uit het dorp Maraghan in Sardasht.
Abdollahzadeh viel van een hoogte nadat hij was geraakt door het geweervuur van de grenswachten.
Tegelijkertijd werd een andere kolbar, Omid Saeidi, doodgeschoten door grenswachten in het grensgebied Bastam, zo heeft de KHRN vernomen.
De grenswachten lieten Saeidi achter nadat ze hem hadden neergeschoten, en zijn lichaam werd gevonden na enkele uren zoeken door de lokale bevolking.
In de afgelopen drie weken zijn vier kolbars gedood door Iraanse grenswachten in de grensgebieden Nowsud en Baneh. Nog eens vijf kolbars zijn gestorven door bevriezing, hartaanvallen en vallen van hoogte.
Oost-Koerdistan is door de jaren heen steeds dieper in armoede gedaald door bewust beleid van het Iraanse regime en is een van de armste regio’s van Iran. Vergeleken met andere regio’s is er in dit gebied aanzienlijk minder geïnvesteerd en is de ontwikkeling bewust aan banden gelegd. Landbouw en industrie mochten zich niet ontwikkelen en als gevolg daarvan steeg de werkloosheid tot de hoogste in Iran.
Geconfronteerd met beleid van discriminatie, onderdrukking en verarming, is het dragen van smokkelwaar geen keuze maar een must om te overleven.
Kolbar komt van de Koerdische woorden “kol” (rug) en “bar” (lading). Kolbars verdienen hun brood met het dragen van ladingen langs de gevaarlijke grenslijn. Hun vracht bestaat uit sigaretten, mobiele telefoons, kleding, huishoudelijke artikelen, thee en zelden alcohol. Ze lopen door gevaarlijk terrein om deze handel tussen Zuid- en Oost-Koerdistan voort te zetten. De goederen die ze brengen worden tegen hoge prijzen verkocht in Teheran, maar de kolbars die er hun leven voor riskeren worden zeer bescheiden betaald.
De tussenpersonen die de leveringen aannemen en kopers vinden in de steden worden kasibkars genoemd.
Kolbars en kasibkars variëren van 13 tot 70 jaar oud. Sommigen hebben alleen de lagere school afgemaakt, anderen zijn universitair geschoold. Ze dragen ladingen, omdat ze geen ander werk kunnen vinden. In de afgelopen 5 jaar zijn ongeveer 300 kolbars en kasibkars in koelen bloede vermoord. Er zijn geen absolute statistieken beschikbaar over de sterfgevallen.