Nog eens 50 vluchtelingen gedeporteerd uit Turkije en gevestigd in bezet Gire Spi

  • Rojava/Noord-en Oost-Syrië

Terwijl met name de Koerdische bevolking systematisch wordt verdreven uit de door Turkije bezette gebieden in Noord-Syrië, voert de Turkse staat een intensief nederzettingenbeleid.

Een van deze bezette gebieden is de regio Girê Spî (Tal Abyad). De voorheen multiculturele, zelfbesturende regio werd in 2019 door Turkije bezet en wordt nu gecontroleerd door de Turkse inlichtingendienst en jihadistische huurlingen. Volgens de kantonraad van Girê Spî moesten meer dan 100.000 mensen de regio ontvluchten na de Turkse invasie.

In hun plaats worden nu mensen hervestigd die loyaal zijn aan het Turkse regime. Volgens het persagentschap ANHA heeft Turkije sinds april 2022 meer dan 22.000 vluchtelingen ondergebracht in het bezette kanton Girê Spî.

Onder verwijzing naar lokale bronnen uit het kanton Girê Spî meldde ANHA dat de kolonialistische Turkse staat 50 Syrische vluchtelingen heeft gevestigd in de gebieden die onder zijn controle staan, nadat het hun overtocht had geregeld via de grenspoort in de stad.

De vluchtelingen uit verschillende delen van Syrië werden naar verluidt overgedragen aan de zogenaamde Lokale Raad van Girê Spî die gecontroleerd wordt door Turkse huurlingen.

Volgens ANHA hebben 250 Syriërs zich deze maand gevestigd in het bezette kanton Girê Spî.

Aan de andere kant zijn er alleen al in juli maar liefst 300 mensen gevestigd in de bezette gebieden van Serekaniye (Ras al-Ain).

De Turkse staat heeft herhaaldelijk overeenkomsten gesloten met Rusland en het Syrische regime om jihadisten en hun familieleden over te nemen en te vestigen in de door haar bezette gebieden. Voor de overname van jihadisten uit Oost-Ghouta kreeg Turkije bijvoorbeeld groen licht voor de invasie van Afrin.