NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg beschouwt de uitspraken van de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan over het islamitische Hamas als geen probleem voor de alliantie. “Het is nooit gemakkelijk als we binnen de alliantie verschillende standpunten hebben”, zei Stoltenberg in een dpa-interview. Maar dat “heeft in sommige opzichten geen invloed op wat we wel of niet doen, omdat we geen rol spelen in dit specifieke conflict.”
Na de aanval op Israël, waarbij meer dan 1.400 doden vielen, omschreef Erdoğan Hamas als een ‘bevrijdingsorganisatie’ en haar militieleden als ‘vrijheidsstrijders’. De VS en de EU, die bondgenoten zijn van Turkije in de NAVO, classificeren Hamas als een terroristische organisatie.
Als gevolg van de Gaza-oorlog heeft Erdoğan het contact met de Israëlische premier Benjamin Netanyahu verbroken. “Netanyahu is niet langer een soort gesprekspartner voor ons. We hebben het verwijderd, we hebben het doorgestreept”, zei Erdoğan. Maar tegelijkertijd maakte hij er een punt van om te verklaren dat zijn regering en haar geheime dienst met Israël blijven praten.
In het verleden heeft de Turkse president Israël vanwege zijn Palestina-beleid omschreven als een “terroristische staat” en heeft hij zichzelf herhaaldelijk gepresenteerd als tribune voor de Palestijnse zaak – niet in de laatste plaats om zijn islamitische volgelingen af te leiden van de economische situatie in hun eigen land. In feite beperkt de Palestijnse solidariteit van Erdoğan en zijn heersende AKP zich tot hun vriendschappelijke houding richting Hamas, waarmee zij wortels delen in de Moslimbroederschap. Erdoğan is niet geïnteresseerd in een definitieve breuk met Israël, zijn belangrijke handels- en veiligheidspartner.