Tirbespiyê: 120.000 mensen zonder elektriciteit en water

  • Rojava/Noord- en Oost- Syrië

De Turkse aanvallen op de civiele infrastructuur in Rojava gaan onverminderd door en hebben al tot enorme verwoestingen geleid. Alleen al in de stad Tirbespiyê (ar. al-Qahtaniyya) en omgeving zitten ongeveer 120.000 mensen zonder elektriciteit en water. Terwijl in de grotere nederzettingen gedurende minstens vijf uur per dag elektriciteit kan worden geleverd door generatoren, zijn 182 dorpen volledig afgesneden van de toevoer. Tegelijkertijd dreigen mensen midden in de winter zonder gas te komen zitten, omdat de centrale gasfabriek in Tirbespiyê is aangevallen.

Aangenomen wordt dat de generatoren binnenkort ook zullen uitvallen door gebrek aan brandstof. Tegelijkertijd kunnen 14.700 leerlingen in het district Tirbespiyê niet naar school vanwege de aanvallen.

Tirbespiyê is georganiseerd op een basisdemocratische basis. Het leven wordt zelf bestuurd in gemeenschaps-, buurt- en districtsraden. Mizgîn Lezgîn komt uit het dorp Gir Bikêlê in de buurt van Tirbespiyê. Hij woont al 20 jaar in Tirbespiyê met zijn gezin van zeven kinderen, zijn broer en zijn vrouw. Mizgîn Lezgîn, plaatsvervangend medevoorzitter van de Tirbespiyê districtsraad, sprak over de moeilijkheden die de mensen in het district en de dorpen ondervinden als gevolg van de aanvallen en de diensten die de districtsraad desondanks aan de mensen probeert te verlenen. Lezgîn deed verslag van de voortdurende aanvallen op de infrastructuur van Tirbespiyê: “De families die in Tirbespiyê wonen, maken moeilijke tijden door. Alle dorpen en steden in de regio zitten momenteel zonder elektriciteit. Sinds 13 januari zijn we volledig afgesloten van elektriciteit en water. De belangrijkste gas-, olie- en elektriciteitscentrales in het district zijn getroffen. Momenteel is er nog gas beschikbaar, maar binnenkort zullen we zonder gas komen te zitten omdat het beschikbare gas opraakt omdat de belangrijkste gascentrale is getroffen. De getroffen infrastructuren zijn belangrijke instellingen van de samenleving, de instellingen en organisaties van de mensen. De gewonnen olie stond ten dienste van de mensen. Het voorzag mensen van elektriciteit; het voorzag ziekenhuizen en scholen van elektriciteit. Vóór de recente aanvallen konden we acht uur lang stroom leveren via de generator, maar nu kunnen we nog maar vijf uur stroom leveren. De diesel is bijna op. We staan dus op het punt om de stroomvoorziening verder te beperken.”

“Kinderen worden ziek van angst”

Lezgîn meldde dat vooral kinderen getroffen zijn door de aanvallen: “Veel kinderen in het district zijn ziek geworden. Volgens de informatie die we van het ziekenhuis kregen, is geelzucht de meest voorkomende ziekte. De artsen legden uit dat het hoge aantal infecties en ziektes te wijten is aan de buitensporige angst. De aanvallen hebben een negatieve invloed op onze kinderen. Hun innerlijke balans is verstoord. Het ene moment schreeuwen ze, het volgende moment raken ze in paniek bij een normaal geluid. Voor de aanval hadden onze kinderen hun eigen slaapkamers, nu moeten we samen in één kamer slapen omdat ze bang zijn om alleen te slapen. Het is niet duidelijk op welk moment ze beschoten zullen worden of op welk moment er bomexplosies zullen klinken. We leggen onze kinderen op schoot om te slapen. Zelfs als de aanvallen zouden stoppen, zou het effect doorgaan. De afgelopen dagen konden ze niet eens naar school. Onderwijs en leren zijn ook gestopt. De toekomst van onze kinderen wordt hen ontnomen.”

Lezgîn wees erop dat de mensen vroeger profiteerden van waterputten die met hun eigen middelen waren geslagen: “Zonder de putten die door de mensen zelf zijn geslagen en de diensten van de gemeente zouden we niet eens een druppel water kunnen krijgen. Natuurlijk is dit water niet eens genoeg voor een kwart van de mensen die in dit district wonen. Het district is groot en honderden dorpen zijn verbonden met het district. Het zelfbestuur van het district kan slechts tot op zekere hoogte diensten verlenen.” Hij verwees ook naar het embargo op de regio.

Lezgîn benadrukte dat het districtsbestuur er alles aan doet om het leed te verzachten en al zijn middelen heeft gemobiliseerd en vervolgde: “In december 2023 werden elektriciteitscentrales en olievelden aangevallen. Als gevolg van deze aanvallen werden meer dan 20 dorpen in de buurt van Aliya getroffen door stroom- en wateronderbrekingen. Een week geleden hadden we de stroom- en watervoorziening op kleine schaal hersteld, maar door de recente aanvallen zijn we weer terug bij af. We hebben het elektriciteitsprobleem in deze dorpen opgelost met onze middelen als gemeente en konden de dorpen drie uur lang van elektriciteit voorzien zodat ze in hun waterbehoefte konden voorzien. Het heeft lang geduurd om de schade aan onze faciliteiten te herstellen, de mensen hadden grote problemen; en nu, net toen ze het licht weer konden zien, is er weer duisternis.”

“De regering in Damascus moet reageren op de aanvallen”

Lezgîn sprak van een “vuile oorlog” tegen de regio en zei: “Terwijl de Turkse staat tranen huilt over de kinderen die in Gaza zijn afgeslacht, laat het hier bommen vallen om kinderen te doden. Het veroordeelt wanneer ziekenhuizen in Gaza worden geraakt, maar in het noorden en oosten van Syrië beschiet het ziekenhuizen, kortom, plaatsen waar mensen worden verzorgd. Het voert een immorele oorlog. Syrië heeft het steeds over zijn territoriale integriteit. Zijn het noorden en oosten van Syrië geen deel van Syrië? Tot nu toe heeft de Syrische regering niet gereageerd op de aanvallen, noch ze veroordeeld, noch opgeroepen om de aanvallen te stoppen.”

“We zullen niet vertrouwen op de staten, onze hoop is het verzet”

De vertegenwoordiger van de Raad concludeerde: “Onze kinderen worden afgeslacht. De wereld reageert niet. Terwijl de mensen in de regio zich enorm verzetten, sluit de publieke opinie in de wereld de ogen voor deze aanvallen en zwijgt. Wij, de mensen in Noord- en Oost-Syrië, vertrouwen op geen enkele staat. Staten handelen alleen in hun eigen belang. Onze hoop is alleen gevestigd op de volkeren die zich verzetten en niet buigen voor onderdrukking, de volkeren van de wereld.”