Turks leger zet lucht- en grondaanvallen op Rojava voort

  • Rojava/Noord- en Oost-Syrië 

Het Turkse leger zet het militaire geweld tegen de autonome regio Noord- en Oost-Syrië (AANES) onverminderd voort. Sinds vrijdagavond richten de aanvallen van de Turkse luchtmacht zich onder andere op het kanton Kobanê. Naast een ziekenhuis Covid 19 in de gelijknamige kantonale hoofdstad, dat werd beschoten, bombardeerden straaljagers ook het grote stadsbos van Kobanê, de wijk Kaniya Kurdan in het oostelijke stadscentrum, een nabijgelegen betonfabriek en de dorpen Koran en Cêşan.

Waterpompstation in Dêrik buiten werking

Daarnaast werd een post van de Syrische regeringstroepen beschoten in het dorp Zormixar (Zawr Maghar) in het uiterste westen van het kantonnement. In Dêrik (Al-Malikiya) vielen gevechtsdrones het waterpompstation in het dorp Xana Serê aan, evenals de dorpen Mîrka Mîra en Gir Zîro. In Amûdê werden graansilo’s aangevallen. Vanuit Tirbespiyê (Al-Qahtaniyya) werden bombardementen gemeld op het dorp Til Cehan (Tall Djihane) in het noordwesten van de stad.

Ain Issa bijna volledig onder artillerievuur

Naast sporadische luchtaanvallen werden andere regio’s onderworpen aan zware grondaanvallen. Het leger van de Turkse NAVO-staat gebruikte zijn proxy-troepen van de jihadistische alliantie SNA (“Syrisch Nationaal Leger”) die het had opgebouwd. De bombardementen waren onder andere gericht op Ain Issa. Naast het stadscentrum en de internationale weg M4, die als een levensader door Noord-Syrië loopt en een strategische bevoorradingsroute is, werden ook de dorpen Hoşan, Xalidiye, Mişêrfa, Dibis, Sefawiye, Fatsa, Miglat, Bîr Kino, Zenûbya, Sewalkî, Cideyde en Qiz Elî onder artillerievuur genomen. Watertanks werden vernietigd in Fatsa en Qiz Elî.

Bommen op Til Temir, Efrîn en Zirgan

In de buurt van Til Temir in de door christenen beïnvloede Chaburvallei bombardeerden het Turkse leger en jihadistische bondgenoten de dorpen Tel al-Laban (ku. Til Leben), Umm al-Kheir (Um el-Xer) en al-Kuzliye (Gozeliyê). In de gemeente Zirgan (Abu Rasen), ten noorden van Til Temir, waren de beschietingen gericht op de dorpen Rebîat en Til El Wird. In de regio Efrîn waren vooral nederzettingen doelwit die niet of niet volledig bezet waren door Turkije en zijn huurlingen. In Şera, dat in het oosten van het verbrijzelde kanton ligt, waren er beschietingen op de dorpen Merenaz, Malikiyê, Şêwarxa, Tat Maraş en Kefer Entun. In het district Şêrawa in het zuidoosten van de regio Efrîn werden de dorpen Bênê, Soxanekê, Aqîbê, Meyasê, Kilûtê en Dêr Cemal gebombardeerd.

Aanvallen op het militaire vliegveld Menagh en dorpen bij Manbij

In de stad Tel Rifat verder naar het oosten in het naburige kanton Şehba, werd het Syrische militaire vliegveld Menagh (ook Minnigh, ku. Minix) als eerste aangevallen. Verdere aanvallen richtten zich direct daarna op de dorpen Beluniyê en Eyn Deqnê. Ten noorden van Minbic waren invasietroepen gericht op verschillende dorpen in de buurt van Cerablus en dus niet ver van de de facto grens tussen de autonome regio en de bezette zone. De omvang van de aanvallen op vrijdagavond is nog niet bevestigd.

Turkije pleegt oorlogsmisdaden

Turkije lanceerde donderdagnacht een zogenaamd lucht-grondoffensief tegen het noorden en oosten van Syrië. Ankara rechtvaardigt het militaire geweld met het recht op zelfverdediging vanwege een aanval door guerrilla’s van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK), die niet in Syrië aanwezig is. Twee van hun strijders hadden afgelopen zondag een “Fedai” actie uitgevoerd in de streng beveiligde regeringswijk in de Turkse hoofdstad – als een “waarschuwing” aan het AKP/MHP regime om geen misdaden te plegen in Koerdistan en tegen de Koerdische bevolking.

Twee miljoen mensen afgesneden van basisvoorzieningen

De Turkse staat voert al jaren een internationaal genegeerde oorlog tegen Koerden. De huidige aanvallen in Syrië zijn specifiek gericht op vitale infrastructuur en energievoorzieningen en meer dan twee miljoen mensen zijn momenteel afgesneden van basisvoorzieningen. De bewijsloze rechtvaardiging is dat de guerrillastrijders die betrokken waren bij de actie in Ankara getraind werden door de Volksbeschermingseenheden (YPG) en Turkije binnenkwamen vanuit Noord-Syrië via de hermetisch afgesloten grens. De autoriteiten en de strijdkrachten van Rojava en ook de PKK verwierpen dit verhaal als een “leugen” en spraken van een door Ankara verzonnen voorwendsel om de volgende aanvalsoorlog tegen het noorden en oosten van Syrië te beginnen, die al lange tijd gepland was.

Vijftien doden en talrijke gewonden

De Turkse minister van Buitenlandse Zaken Hakan Fidan had woensdag gezegd dat in de toekomst “alle infrastructuurfaciliteiten van de PKK en YPG” in Syrië en Irak als legitieme doelwitten zouden worden beschouwd. Hij noemde in het bijzonder energiefaciliteiten. De opmerkingen van Fidan stuitten op weinig kritiek van de internationale gemeenschap, ondanks het feit dat het civiele infrastructuur is die geen legitiem doelwit kan zijn. Volgens de Syrische Democratische Krachten (SDF) zijn er tot nu toe 15 mensen omgekomen bij de Turkse aanvallen, waaronder acht burgers. Talloze andere mensen zijn gewond geraakt.