Zes Koerdische vrouwelijke activisten gearresteerd in İzmir

  • Turkije

Nu de parlements- en presidentsverkiezingen naderen, intensiveert de Turkse staat haar repressieve koers tegen de democratische oppositie. De Koerdische vrijheidsbeweging voor vrouwen, een van de meest dynamische en georganiseerde krachten in het land, staat momenteel in het bijzonder in de belangstelling. Zes van haar activisten zijn gevangen gezet in de west-Turkse kustmetropool Izmir wegens vermeend lidmaatschap van een “terroristische organisatie”.

Het gaat om vrouwen die al jaren actief strijden voor een democratiseringsproces in Turkije: Idil Uğurlu, lid van de Uitvoerende Raad van de Democratische Volkspartij (HDP); Behiye Yalçın, woordvoerster van het Izmir vredesmoeders-initiatief; Berfin Çiçek van de HDP Jeugdraad; en activisten Hayat Izgi, Newroz Çelik en Selma Demir van de Vrije Vrouwenbeweging (TJA). Ze werden woensdag bij invallen vastgehouden en naar de afdeling terrorismebestrijding (TEM) van de Turkse politie gebracht.

De reden voor de actie tegen de activisten was aanvankelijk niet bekend, aangezien er een 24-uursverbod voor advocaten was bevolen. Daarnaast werd het onderzoeksdossier onder geheimhouding geplaatst. De redenering achter het bevel was dat “persoonlijk contact tussen de verdachten en rechtspersonen, evenals de toestemming om de inhoud van het dossier in te zien of kopieën van de documenten te maken” het doel van het onderzoek in gevaar zou kunnen brengen. Berfin Çiçek werd overgedragen aan de rechtbank op donderdagavond en haastig gearresteerd.

De specifieke aanklachten tegen de vrouwen werden vrijdag tijdens de gerechtelijke hoorzitting uiteindelijk genoemd. Volgens het openbaar ministerie worden ze verdacht van “lidmaatschap” van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK). Er werd gesteld dat overeenkomstige informatie was verkregen in de loop van TEM-onderzoeken over de deelname van de activisten aan TJA-evenementen en op basis van “verklaringen” van vermeende getuigen. Verdere details over de “beschuldigende” gebeurtenissen werden niet gegeven, waarbij het parket alleen verklaarde dat het om acties in 2020 ging. In dat jaar voerde de TJA de campagne “Em xwe diparêzin” (Wij verdedigen ons) tegen aanranding, geweld en alle vormen van onderdrukkend beleid tegen vrouwen.

Ondertussen werden de gearresteerde vrouwen overgebracht naar de Şakran Vrouwengevangenis in Aliğa, Izmir. De Koerdische student Barış Kırmızıtaş, die twee dagen geleden samen met de activisten werd gearresteerd, werd na verhoor door de politie vrijgelaten. Het is volgens de advocaten nog niet duidelijk of en wanneer er aangifte wordt gedaan tegen de verdachte.

De TJA (Tevgera Jinên Azad) is eind 2016 opgericht. Eerder werd haar voorloperorganisatie Congres van Vrije Vrouwen (Kongreya Jinên Azad) bij nooddecreet verboden. De TJA opereert als een geregistreerde vereniging en is legaal. Desalniettemin wordt de beweging door de Turkse wetshandhavingsinstanties en de rechterlijke macht behandeld als een “PKK-structuur” en dienovereenkomstig gecriminaliseerd.