Turkije deporteert meer dan 4.000 Syrische vluchtelingen naar het bezette Girê Spî voor hervestiging

Rojava/Noord-en Oost-Syrië

De Turkse president Recep Tayyip Erdogan kondigde in mei aan dat Turkije een miljoen Syrische vluchtelingen in de bezette gebieden zou hervestigen.

De volkeren van Syrië en Noord- en Oost-Syrië zijn herhaaldelijk de straat opgegaan uit protest tegen het koloniale project van Erdogan. Na de aankondiging van Erdogan zijn de racistische aanvallen op Syrische vluchtelingen in Turkije enorm toegenomen, waarbij talloze vluchtelingen uit het land zijn gedeporteerd.

Volgens het in Rojava gevestigde Hawar News Agency (ANHA) arriveerde een aanzienlijk aantal Syrische vluchtelingen vanuit twee richtingen in het kanton Girê Spi (Tal Abyad). Onder verwijzing naar lokale bronnen meldde ANHA dat er de afgelopen 5 maanden 4.181 vluchtelingen naar Girê Spi zijn gekomen. De vluchtelingen in kwestie komen uit Idlib, Homs, Hama en Oost-Ghouta. Ondertussen bereikte het aantal vluchtelingen dat vorige maand naar het door Turkije bezette kanton werd gedeporteerd 1.191.

De vluchtelingen zijn ondergebracht in de bezette huizen van de ontheemde bewoners van Girê Spi. Naar verluidt wachten ze op hervestiging in koloniale huizen die door de Turkse staat met Qatarese en Koeweitse fondsen zullen worden gebouwd.

In het westen van het kanton Girê Spî en in de stad Eyn Erûs worden koloniale huizen gebouwd. Toen de Turkse minister van Binnenlandse Zaken Süleyman Soylu twee maanden geleden naar de bezette zones ging om de bouw van koloniale huizen te controleren, vroeg hij om het project zo snel mogelijk af te ronden.