- Noord-Koerdistan
In de regio Besta in het district Şırnak vindt al jaren systematische ontbossing plaats. Onder toezicht van het Turkse leger kappen zogenaamde dorpswachters, nu “veiligheidswachten” genoemd, op grote schaal bomen. Met de komst van de lente is deze praktijk weer begonnen.
De gekapte bomen, waaronder eeuwenoude eiken, worden met tractoren afgevoerd en verzameld in open gebieden. De werkzaamheden worden uitgevoerd onder toezicht van twee militaire posten. De ontbossingscampagne treft vooral de gebieden Sêgirkê, Gundikmelê en Xeribkê Bestê.

Dit kappen van bomen heeft aanzienlijke gevolgen voor het milieu. In de afgelopen vier jaar is het bosgebied in de regio met ongeveer acht procent afgenomen. Ontbossing is niet alleen schadelijk voor het milieu, maar heeft ook gevolgen voor het levensonderhoud van de lokale bevolking. Nomadische herders melden dat ze hun dieren niet langer kunnen laten grazen door de vernietiging van weidegrond.
Ondanks talloze parlementaire onderzoeken en protesten van de lokale bevolking blijven de autoriteiten inactief. Milieu-initiatieven beschuldigen de regering ervan economische belangen na te streven onder het mom van veiligheid en het openstellen van de regio voor mijnbouwprojecten, zoals al is gebeurd in het Gabar- en Cudi-gebergte. De systematische ontbossing wordt gezien als onderdeel van een bredere strategie om de demografische en ecologische structuur van de regio te veranderen.
Dorpswachten
Dorpswachten zijn Koerdische paramilitairen in dienst van de Turkse staat. Het systeem van dorpswachten werd in 1985 in Turkije opgericht om de Koerdische bevrijdingsbeweging te bestrijden en vindt zijn oorsprong in de Hamidiye-regimenten in het Ottomaanse Rijk. De paramilitaire eenheden, opgericht volgens beproefde koloniale methodes, heten nu officieel de “Veiligheidswacht” en worden gebruikt als lokale experts en kanonnenvoer in Turkse militaire operaties in Koerdistan. Hun missie omvat ook buitenlandse missies.
Bron: ANF