De Turkse journalist en schrijver Celal Başlangıç is overleden. Hij overleed vrijdagavond op 68-jarige leeftijd aan de gevolgen van kanker in het academisch ziekenhuis van Keulen, bevestigden zijn familieleden. Zijn begrafenis vindt de komende dagen plaats in de Domstad.
Celal Başlangıç voltooide zijn studie journalistiek in Izmir aan het eind van de jaren 1970. Hij begon zijn carrière in 1975 bij de krant Ege Ekspres. Na verdere functies bij lokale kranten verhuisde hij naar het dagblad Cumhuriyet en was hij verantwoordelijk voor het kantoor in Adana en de binnenlandse politiek in de jaren na de militaire staatsgreep van 12 september 1980.
In 1989 baarde Başlangıç opzien toen hij onthulde dat in een dorp in de buurt van Cizîr (Tr. Cizre) in de Koerdische provincie Şirnex (Şırnak), verschillende inwoners door Turkse soldaten waren gedwongen om hun uitwerpselen op te eten. Toen Cumhuriyet weigerde het verhaal te publiceren uit angst voor wraak van de staat, dreigde Başlangıç ermee te stoppen. De krant publiceerde vervolgens de martelzaak in Cizîr op de voorpagina. Zijn aandringen om het publiek te informeren over de realiteit van de oorlog in Koerdistan maakte de weg vrij voor de bestraffing van de verantwoordelijken. Jaren later schreef hij in een door Bianet gepubliceerde tekst:
“Dit was zeker niet het eerste incident waarbij Koerdische dorpelingen door veiligheidstroepen gedwongen werden om uitwerpselen te eten. Maar het was wel de eerste keer dat de verantwoordelijken gestraft werden voor hun daden – ook al gebeurde dit aan het einde van een langdurig proces. Hoewel de nationale en internationale rechtbanken geen twijfels hadden over de juistheid van onze verslaggeving, werd in de wandelgangen van de generale staf nooit gehoord dat ik als ‘verrader’ werd beschouwd.”
In 1995 was Celal Başlangıç een van de medeoprichters van de krant Evrensel en een jaar later hielp hij bij de oprichting van de krant Radikal. Hij schreef columns voor T24, Gazete Duvar, Bianet en Haberdar en was de auteur van verschillende boeken, waaronder “Kanlı Bilmece” (Bloedig Raadsel) over de oorlog in Koerdistan. Halverwege de jaren 2010 reisde hij regelmatig naar de Koerdische provincies. “Het gaat om solidariteit met de mensen,” zei hij. Het was de tijd van de avondklok en de militaire belegering die volgden op de uitroeping van het zelfbestuur, dat een democratisch alternatief vormde voor het totalitaire “presidentiële systeem” dat door de AKP werd voorgesteld.
In 2019 werd Başlangıç veroordeeld tot vijftien maanden gevangenisstraf op beschuldiging van “terreurpropaganda” omdat hij zich als “symbolische hoofdredacteur” solidair had betoond met het pro-Koerdische dagblad Özgür Gündem, dat in oktober 2016 per nooddecreet werd verboden, als onderdeel van de campagne “stand-by journalistiek”. De journalist woonde toen al in Keulen. Sinds 2017 was hij bezig met het opzetten van de verbanningszender Artı TV en de webkrant Artı Gerçek, waar hij al in Turkije aan had gewerkt. In 2021 werd bekend dat de naam van Celal Başlangıç op een “executielijst” van meer dan vijftig tegenstanders van Erdoğan stond.